29 januari 2009

Bouwfraude, de maat van het onregelmatige

Door Gilyan Parker

Opnieuw wordt het verweer van de bouwondernemers als een façade neergezet.

Geen onschuld, maar actief laakbaar handelen, waarnaar openbaar ministerie en Nma wederom onderzoek doen, met massale inzet van menskracht en middelen. Het begrip fraude waart rond. Corruptie zelfs. De weer ten tonele gevoerde hamvraag blijft: is dit het topje van de ijsberg?

The Winter of our Discontent

In het onderzoek van de parlementaire enquêtecommissie  Bouwnijverheid staat op het tweede schutblad van rapportdeel 4-2 dat ziet op de aard en omvang van onregelmatigheden in de bouwnijverheid een rake – alles samenvattende – verwijzing: “Misschien hadden ze gedaan waarvan ze nu beschuldigd werden, maar ze hadden het al zó lang gedaan dat ze niet meer dachten dat het fout was.”. Niet een samenvatting van de enquêtecommissie maar van de schrijver John Steinbeck, uit zijn laatste roman The Winter of Our Discontent.

Bagatellisering

Het verweer van bouwend Nederland is in de complexiteit van met name aanbestedingsregels niet zomaar een façade. Schijnheilig hoeft het evenmin te zijn, al zijn er scherpe randjes die kunnen wijzen op sector overschrijdende symptomen. En bij complexe materie is er ook de ander zijde van de medaille: onzichtbaarheid van schade en onregelmatigheden mag niet leiden tot bagatellisering van die schade en onregelmatigheden en tot geringe prioritering bij handhaving.

Duurbetaald lef

In mijn weblog van 3 november 2008 haal ik aan dat het strafrecht in verhouding tot de andere rechtsgebieden ook een veel kleiner gebied beslaat en geen alomvattende bescherming biedt, maar alleen bescherming voor bepaalde uitschieters van onrecht. Het is in die zin fragmentarisch. En dat is maar goed ook. De oplossing is dus niet een ijsberg richting het openbaar ministerie te schuiven, maar nauwgezet de structuurkenmerken die de enquêtecommissie heeft blootgelegd te bezien. Integriteit en verantwoordelijkheid zijn kernbegrippen, maar niet over het hoofd gezien kan worden de kluwen aan regelgeving en de druk die overheden uitoefenen met even onwerkbare als onzekere aanbestedingen. Zo trok uit protest tegen de aanbestedingseisen de voormalig Rijksbouwmeester Jo Coenen zich juli vorig jaar samen met zes andere gerenommeerde architectenbureaus terug uit de selectie voor het ontwerp van het nieuwe gemeentehuis van de gemeente Westland. Duurbetaald lef, dat niet alle deelnemers in bouwend Nederland zich kunnen veroorloven.

Gilyan Parker