13 mei 2009

Internetprovider ontloopt strafbaarheid niet te gemakkelijk

Door Gilyan Parker

Recentelijk heeft het Gerechtshof Leeuwarden bepaald dat een internetprovider, die in eerste aanleg vrijuit was gegaan, alsnog vervolgd moet worden.

Inleiding

In deze zaak werd de internetprovider vervolgd voor het medeplegen van smaad en/of laster. In dit geval had een klant bij de internetprovider een webhostingpakket afgenomen om een voor iedereen toegankelijke website te kunnen maken. Op deze website zijn vervolgens beledigende teksten geplaatst die door de rechter werden gekwalificeerd als smaad en waarvoor de klant ook strafrechtelijk voor is veroordeeld. De vraag die speelde voor de rechtbank in Leeuwarden was of de internetprovider mede aansprakelijk kan worden gehouden voor medeplichtigheid of medeplegen van smaad.

Voorwaarden vrijwaring

Internetproviders hebben van de wetgever de mogelijkheid gekregen om vervolging te voorkomen. Europa en later dus ook de nationale wetgever hebben gemeend om dergelijke ondernemingen onder omstandigheden te vrijwaren van strafrechtelijke aansprakelijkheid. Wat zijn nu dergelijke omstandigheden? Het gaat allereerst om internetproviders die vallen onder de wettelijke definitie, te weten een tussenpersoon die een telecommunicatiedienst verleent. Deze tussenpersonen verlenen allerlei soort diensten. De vrijwaring heeft slechts betrekking op drie vormen van dienstverlening, die in de ICT-branche ook wel “mere conduit”, “caching” en “hosting” worden genoemd. Zonder hier al teveel op in te gaan, hebben al deze vormen van dienstverlening gemeen dat de tussenpersoon geen bemoeienis heeft met de inhoud van de gegevens en deze slechts opslaat of doorgeeft. Daarom is in artikel 54a van het Wetboek van Strafrecht bepaald dat het gaat om de dienst “doorgifte of opslag van gegevens die van een ander afkomstig zijn”. Voldoet de dienstverlener aan al deze voorwaarden, dan zij strafvervolging voorkomen, indien zij op bevel van de Officier van Justitie de bewuste gegevens ontoegankelijk maakt oftewel definitief verwijderd.

Welke gegevens zijn strafbaar?

De vraag is overigens om welke gegevens het gaat. Volgens de wetsgeschiedenis gaat het om “onwettige” informatie, die strafbaarheid impliceert. Hierbij kan je denken aan informatie, waarmee bepaalde geheimen openbaar worden gemaakt. Ook gaat het om informatie waarmee een inbreuk wordt gemaakt op auteursrecht. “Onwettige” informatie zijn uiteraard ook documenten die als valsheid in geschrift of oplichting moet worden aangemerkt. Tot slot gaat het ook om informatie die qua inhoud een strafbaar feit oplevert. Bij de laatste categorie gaat het vooral om uitings- en verspreidingsdelicten zoals belediging, smaad en haatzaaien.

In de bovengenoemde zaak ging het om deze laatste categorie. De verdachte werd beschuldigd van medeplegen of medeplichtigheid van smaad en/of laster. In eerste aanleg had de Rechtbank Assen het Openbaar Ministerie voor beide vervolgingen niet-ontvankelijk verklaard (klik hier voor de uitspraak). De Officier van Justitie had namelijk nagelaten een machtiging van de rechter-commissaris te vragen. Hij of zij had zelfstandig een bevel gegeven om de gegevens ontoegankelijk te maken. Een dergelijk bevel hoeft niet gevolgd te worden. Vervolgens is de verdachte internetprovider toch door de Officier van Justitie vervolgd. Door de vormfout ontnam de Officier van Justitie volgens de Rechtbank hierdoor de verdachte de mogelijkheid om vervolging uit te sluiten. Daarom besliste de Rechtbank dat de Officier van Justitie voor beide tenlasteleggingen niet-ontvankelijk verklaard moest worden en kon de verdachte niet voor de feiten worden veroordeeld.

De Officier van Justitie is echter in hoger beroep gegaan en met succes. Het Gerechtshof Leeuwarden is het niet eens met de redenering van de Rechtbank. De uitsluitingsgrond van artikel 54a Sr is slechts bedoeld voor gevallen, waarbij de tussenpersoon enkel een min of meer faciliterende rol vervuld. Verdachte werd echter niet voor niets ook als medepleger vervolgd. De betrokkenheid van de internetprovider was van dien aard, dat dit niet als slechts faciliterend kan worden gezien. In dat geval kun je je niet op vrijwaring beroepen. Internetproviders zijn derhalve gewaarschuwd.

De uitspraak vindt u hier.

Informatie

Mocht u hierover nog vragen hebben, zelf vervolgd worden wegens uitlatingen op internet of onrechtmatige publicaties willen verwijderen, dan kunt u contact opnemen met de advocaten van de sectie Strafrecht of ICT-recht.

Gilyan Parker