14 september 2011

Duur partner-alimentatie (deel 2): Maakt samenwonen een einde aan de alimentatieplicht?

Door Gilyan Parker

Het valt mij op dat men zich er niet altijd van bewust is dat de verplichting om partneralimentatie te betalen stopt op het moment dat de alimentatiegerechtigde gaat samenwonen met een ander ‘als waren zij gehuwd’.

Aan de lotsverbondenheid, de basis voor de alimentatieplicht, wordt dan geacht een einde te zijn gekomen. Wanneer is sprake van een samenwonen met een ander ‘als waren zij gehuwd’?

Vereisten

Dat is niet gemakkelijk vast te stellen. Over deze vraag wordt veelvuldig geprocedeerd. In de jurisprudentie is uitgemaakt dat aan de volgende vereisten moet zijn voldaan: 1. affectieve relatie; 2. samenwoning; 3. wederzijdse verzorging; 4. gemeenschappelijke huishouding. Het enkel hebben van een affectieve relatie is onvoldoende voor het eindigen van de partneralimentatie. Er is meer nodig.

Lat-relatie

Ook wanneer de alimentatiegerechtigde een lat-relatie heeft, komt de alimentatieplicht niet te vervallen. Als de alimentatiegerechtigde elke week van vrijdag tot maandag bij haar nieuwe partner verblijft, zij samen op vakantie gaan en familie bezoeken, is niet automatisch aan alle vereisten, met name de eisen die zien op de financiële verwevenheid, voldaan. Het heeft voor een alimentatieplichtige dan ook nauwelijks zin om een detective in te schakelen enkel om aan te tonen dat de alimentatiegerechtigde een lat-relatie heeft. Het gaat er om te bewijzen dat ook aan de andere vereisten is voldaan.

Bewijslast

Op de alimentatieplichtige rust de bewijslast. Hij moet aannemelijk maken dat aan alle vereisten is voldaan. Dat is lastig. Dat bewijs kan naast een detectiverapport bijvoorbeeld ook geleverd worden door verklaringen van getuigen. Niet zelden vinden in de soort procedures getuigenverhoren plaats. In uitzonderlijke gevallen keert de rechter de bewijslast om. De alimentatieplichtige heeft dan zodanig aannemelijk gemaakt dat aan alle vereisten is voldaan en dat het aan de alimentatiegerechtigde is om tegenbewijs te leveren. Slaagt zij daar niet in, dan wordt aangenomen dat de alimentatiegerechtigde inderdaad samenwoont met haar nieuwe partner ‘als waren zij gehuwd’, waardoor een einde komt aan de alimentatieplicht. Dikwijls stuiten verzoeken van alimentatieplichtigen echter af op een gebrek aan bewijs. Wilt u hier meer over weten, dan kunt u te allen tijde contact met mij opnemen. Zie ook mijn vorige weblog: Duur partneralimentatie (deel 1): Is termijn van 12 jaar wet van Meden en Perzen?

Gilyan Parker