30 mei 2013

Wangedrag en partneralimentatie

Door Gilyan Parker

Partneralimentatie blijft voor veel mensen een probleem, niet alleen financieel maar ik bedoel meer moreel.

Je bent uit elkaar, vaak vind je elkaar ook niet meer aardig, en toch moet je betalen. Ik ga even uit van de betalende partij, veelal de man. Het Hof Den Bosch heeft zich daar in april van dit jaar nog eens over gebogen.

Casus/wangedrag

Wat was het geval. De man en de vrouw waren lang gehuwd geweest, zeker 30 jaar, en de kinderen waren al volwassen. In 2012 wordt het huwelijk door echtscheiding ontbonden en de vrouw verzoekt om een partneralimentatie. De rechtbank wijst het verzoek van de vrouw toe. De man stelt vervolgens in hoger beroep dat hij niet gehouden is alimentatie te betalen omdat zijn vrouw hem gedurende het huwelijk heeft bedrogen. Pikant detail hierbij is dat de man stelt dat de vrouw het bedrog heeft gepleegd met haar zwager, te weten de man van de zus van de man. Dit gegeven is overigens verder niet van belang maar het heeft volgens de man wel 9 jaar geduurd. De vrouw ontkent de verhouding met haar zwager.

Gedurende het gehele huwelijk hebben partijen wel samengewoond dus ook gedurende het vermeende bedrog. Van belang hierbij is de lotsverbondenheid, de grondslag voor het leveren van een bijdrage in de kosten van levensonderhoud als gevolg van het huwelijk. Lotsverbonden zou omschreven kunnen worden als de verantwoordelijkheid die echtgenoten jegens elkaar hebben en voelen en het vertrouwen dat daarbij hoort. In goede en slechte tijden, zou je het vrij kunnen vertalen.

Hoogte partneralimentatie

Bij vaststelling van partneralimentatie moet niet alleen met behoefte en draagkracht rekening worden gehouden maar ook met alle omstandigheden van het geval. In dit geval doet de man dus een beroep op niet-financiële omstandigheden. De rechter kan op grond van omstandigheden de alimentatie matigen of op nihil bepalen. De overweging daarbij is dan dat de onderhoudsgerechtigde zich jegens de onderhoudsplichtige zodanig heeft gedragen dat het vragen van alimentatie bij dat gedrag een dermate grievend karakter heeft voor de onderhoudsplichtige dat van hem of haar in redelijkheid niet of niet geheel de verzochte bijdrage kan worden gevraagd.

Arrest Hof

Het Hof stelt dat de man en de vrouw ondanks de vermeende gedragingen van de vrouw, nog wel hebben samengewoond gedurende de laatste jaren van hun huwelijk. De gedragingen van de vrouw, voor zover die al bewezen zouden worden, zijn niet te duiden als wangedrag waardoor de lotsverbondenheid tussen partijen zou zijn geëindigd. Ook al zou de vrouw in de laatste jaren met haar zwager een affectieve en seksuele relatie hebben gehad en dit niet aan de man hebben verteld, dan nog maakt dat niet dat de lotsverbondenheid beëindigd is. De omstandigheden leiden er ook niet toe dat de verzochte bijdrage moet worden gematigd, zoals de man ook stelt.

Conclusie

Alle omstandigheden van het geval zijn dus van belang maar dat maakt nog niet dat elk wangedrag, leidt tot beëindiging van de alimentatie. In de rechtspraak zijn zeker zaken te vinden waarbij wel sprake is van wangedrag waardoor de alimentatie is beëindigd. Meestal houden die verband met het benaderen van de werkgever van de onderhoudsplichtige, stelselmatig stalken of het doen van valse aangiften.

Voor nadere informatie omtrent dit onderwerp of overige onderwerpen op het gebied van personen- en familierecht dan kunt u vanzelfsprekend contact met mij opnemen.

Familierecht

Gilyan Parker