Boek Emma Curvers onrechtmatig?
De Nederlandse schrijfster Emma Curvers is recent door de rechtbank Amsterdam in het gelijk gesteld in een rechtszaak die haar vader had aangespannen. De vader van Emma Curvers eiste dat alle exemplaren van de roman ‘Iedereen kan schilderen’ uit de winkels zou worden gehaald en eiste tevens een rectificatie in de Volkskrant. De vader is van oordeel dat hij zeer negatief in het boek wordt omschreven en dat daarmee onrechtmatig jegens hem wordt gehandeld. In deze weblog zal ik uiteenzetten waarom daar volgens de rechtbank geen sprake van is.
Hans Kostons
Een van de hoofdpersonen in het boek is een vaderfiguur die Hans Kostons heet. Hans Kostons is een personage met een onprettig karakter die aan tal van stoornissen lijdt. Omdat Emma Curvers in interviews had gezegd dat het boek is gebaseerd op de realiteit, vindt de vader van Curvers dat zijn eer en goede naam is aangetast. Het publiek zou denken dat Hans Kostons de vader is, waardoor hij zowel materiele als immateriële schade zou lijden.
Werk van fictie
Volgens de Voorzieningenrechter is het boek niet onrechtmatig jegens de vader van Emma Curvers. Het betreft een werk van fictie – wat in het boek ook expliciet wordt vermeld – waarvan de inhoud in beginsel niet onnodig grievend kan zijn jegens een bepaalde werkelijk bestaande persoon. Slechts in uitzonderlijke gevallen is denkbaar dat een uitlating in een roman onrechtmatig is. Dat zou bijvoorbeeld het geval kunnen zijn, indien een ernstige beschuldiging wordt geuit, die het lezerspubliek op goede gronden voor ‘waar’ zal houden, terwijl iedere feitelijke basis daarvoor ontbreekt. Daarvan is naar het oordeel van de Voorzieningenrechter in casu geen sprake.
Artistieke vrijheid
De Voorzieningenrechter overweegt tevens dat er een aantal duidelijke verschillen tussen de vader en Hans Kostons bestaan. Hans Kostens is derhalve een romanfiguur en kan dus niet één op één met de vader worden vereenzelvigd. Dat Emma Curvers zich voor het beschrijven van het personage van Hans Kostons heeft laten inspireren door haar vader en in interviews heeft verklaard dat veel in het boek overeenkomt met de werkelijkheid zoals zij die ervaart, maakt dat volgens de Voorzieningenrechter niet anders en behoort tot haar artistieke vrijheid.
Conclusie
De Voorzieningenrechter heeft mijns inziens een duidelijk vonnis gewezen. Een roman is fictie en derhalve geen getrouwe beschrijving van de werkelijkheid. Iedere lezer zal dat begrijpen. Uit het vonnis valt af te leiden dat slechts in uitzonderlijke gevallen denkbaar is dat een uiting in een roman onrechtmatig is. De artistieke vrijheid van de auteur is zeer ruim en dient zo min mogelijk te worden beperkt.