4 augustus 2013

Gouden handdruk en echtscheiding

Door Gilyan Parker

Over ontslagvergoedingen en stamrecht B.V.’s  is in de rechtspraak en literatuur veel te doen, nu deze als gevolg van de crisis aan de orde van de dag zijn.

Wat is nu de verdeling van zo’n stamrecht bij een scheiding?

In eerdere weblogs stond ik al stil bij de vraag hoe bij de vermogensrechtelijke afwikkeling van een echtscheiding moet worden omgegaan met ontslagvergoedingen en wat de invloed is van een ontslagvergoeding op de hoogte van alimentatie.

 Direct ingaand stamrecht

In 2008 oordeelde de Hoge Raad dat de ontslagvergoeding in die zaak niet in de algehele gemeenschap van goederen viel, althans de uitkeringen ontvangen na de echtscheiding niet. De ontslagvergoeding werd aangewend voor de aankoop van een direct ingaande periodieke uitkering die diende als inkomensaanvulling. De stamrechtuitkeringen ontvangen vóór de datum van echtscheiding behoorden tot de gemeenschap. De uitkeringen ontvangen na de datum van echtscheiding vielen daarbuiten. Volgens de Hoge Raad was er sprake van vervanging van inkomen dat normaliter als loon was genoten wanneer er geen sprake was geweest van ontslag. Loon dat na de echtscheiding wordt gegenereerd valt niet in enige gemeenschap van goederen. Stamrechtuitkeringen die na de echtscheiding worden gedaan derhalve evenmin. Bij een direct ingaand stamrecht vallen de uitkeringen derhalve in de gemeenschap van goederen, voor zover genoten tijdens huwelijk en daarbuiten, voor zover genoten na het huwelijk.

Uitgesteld stamrecht

Uitgestelde stamrechten, daarentegen, aangegaan tijdens huwelijk vallen volledig in de gemeenschap van goederen. Deze zijn niet verknocht. Een uitgesteld stamrecht bedongen na de datum van echtscheiding valt vanzelfsprekend niet in de gemeenschap van goederen.

Alimentatie

Let wel, ook al valt een ontslagvergoeding niet in de gemeenschap van goederen, bijvoorbeeld omdat deze is ontvangen na de echtscheiding, dan is de ontslagvergoeding nog wel van belang bij het bepalen van alimentatie. In dergelijke situaties kan geoordeeld worden dat de alimentatieplichtige geacht wordt de ontslagvergoeding aan te wenden als aanvulling op zijn inkomen, zodanig dat hij op hetzelfde inkomensniveau blijft als vòòr ontvangst van de vergoeding.

Ofwel de ontslagvergoeding valt buiten de gemeenschap van goederen, maar dan zal van de alimentatieplichtige gevergd worden dat hij deze ontslagvergoeding aanwendt om de alimentatie te kunnen blijven voldoen. Ofwel de ontslagvergoeding valt binnen de gemeenschap van goederen en dan is het de vraag of de helft van de vergoeding die de alimentatieplichtige overhoudt meetelt bij de berekening van zijn draagkracht. Het verdient de voorkeur hierover afspraken te maken in een echtscheidingsconvenant en daarin duidelijk vast te leggen in hoeverre de ontslagvergoeding een rol heeft gespeeld of in de toekomst kan spelen bij de vaststelling van alimentatie.

Van belang is voor ogen te houden dat bij ontslagvergoedingen de alimentatie en de vermogensrechtelijke afwikkeling van de echtscheiding communicerende vaten zijn. Er moet in ieder geval voor worden gewaakt dat niet èn de ontslagvergoeding van de alimentatieplichtige volledig in de gemeenschap van goederen valt èn ook nog eens de gehele vergoeding als inkomen wordt gekwalificeerd bij het berekenen van zijn draagkracht. Om dubbeltellingen, maar ook om lacunes te voorkomen, verdient onderling overleg hierover altijd de voorkeur.

Zeker, het is ingewikkelde materie en bovendien uitermate casuïstisch. Ik kan me dus voorstellen dat u vragen heeft. Neem dan ook gerust contact op.

Gilyan Parker