27 januari 2013

Inkomensafhankelijk huurbeleid of huursombenadering

Door Gilyan Parker

Minister Blok heeft vorige week een voorstel naar de Tweede Kamer gestuurd om een inkomensafhankelijk huurbeleid in werking te laten treden.

Zou dit voorstel de vastzittende woningmarkt in beweging brengen? Belangenorganisaties als De Woonbond en Aedes uiten kritische geluiden op het inkomensafhankelijke huurbeleid.

Huidige situatie: inflatievolgende huurverhoging

Op dit moment kunnen verhuurders aan huurders alleen een inflatievolgende huurverhoging opleggen. Extra huurverhogingen zijn in dat geval niet mogelijk, behalve door de huren bij nieuwe huurders te verhogen. Bij een dergelijk inflatievolgend huurbeleid zijn in dat geval uitsluitend starters of doorstromers partijen die opdraaien voor huurverhogingen, terwijl lang zittende huurders slechts een inflatievolgende huurverhoging krijgen. Hierdoor ontstaan er grote verschillen tussen lang zittende huurders en nieuwe huurders en is er een zeer beperkte relatie tussen huur en kwaliteit van de woning.

Inkomensafhankelijk huurbeleid

In het aan de Tweede Kamer toegestuurde voorstel wordt het voor verhuurders mogelijk om huren te verhogen met maximaal de inflatie plus 1,5 procent. Daar bovenop mag de huur voor bepaalde huishoudens nog extra worden verhoogd, te weten een aanvullende verhoging tussen één procent (tussen € 33.614 en € 43.000,00) tot zelfs vijf procent (boven de € 43.000,00).

Doelstelling nieuwe huurbeleid

De doelstelling van dit inkomensafhankelijke huurbeleid is dat het “scheef wonen” wordt ontmoedigd en de doorstroming in de woningmarkt wordt bevorderd. Al eerder zijn dergelijke voorstellen ingediend bij de Tweede Kamer, maar alle voorstellen strandden vóór de eindstreep. Een veelgehoord bezwaar is dat de privacy van de huurders niet wordt gewaarborgd, nu aan de hand van de huurprijsstijging blijkt in welke inkomenscategorie een huurder valt. Ook is de veelgehoorde verwachting dat een dergelijk inkomensafhankelijk huurbeleid veel bureaucratie teweeg zal brengen. Het huidige voorstel voor een inkomensafhankelijk huurbeleid komt niet tegemoet aan deze eerdere bezwaren.

Alternatieven

Vandaar dat er vanuit verschillende hoeken (De Woonbond en Aedes) kritiek blijft op dit thans aan de Tweede Kamer voorgelegde inkomensafhankelijke huurbeleid., Aedes, de vereniging van woningbouwcorporaties, pleit voor een beheerste huurverhoging door middel van de huursombenadering. Bij een dergelijke benadering krijgt niet iedere woning dezelfde huurverhoging, maar hangt de huurverhoging af van de op dat moment geldende huurprijs. De woningen met een relatieve lage huurprijs krijgen een hogere huurverhoging dan de woningen die op dat moment een “goede” huurprijs hebben. Bij de huursombenadering dient de overheid wel een maximum te bepalen voor individuele woningen. Dit maximum hangt af van de huidige prijs, zodat een relatieve dure woning niet een huurverhoging krijgt die meer is dan de inflatie. Bij een relatief goedkope woning kan de huurstijging wel hoger uitvallen dan de inflatie. Bij de voorgestelde benadering door Aedes hebben de corporaties meer bevoegdheid om te sturen op de waarde en kwaliteit van de woning.

Conclusie

Het is de vraag of het huidige voorstel om een inkomensafhankelijk huurbeleid in te voeren de goedkeuring van de Tweede Kamer zal krijgen. Ik acht het niet onwaarschijnlijk dat dit voorstel opnieuw zal stranden. Feit is wel dat de politiek zich inzet om de vastgoedmarkt, en in dit geval de woningmarkt in het bijzonder, in beweging te zetten. Aanpassing van het huurbeleid en het voorkomen van scheef wonen staat weer op de politieke agenda en dat is een belangrijke zaak.   Meer informatie over huurrecht vindt u hier.

Gilyan Parker