29 september 2011

Scheidende ondernemers opgelet!

Door Gilyan Parker

Laatst trof ik weer een ondernemer die er heilig van overtuigd was dat zijn echtgenote geen enkele aanspraak zou kunnen maken op zijn onderneming wanneer het tot een echtscheiding zou komen.

Veel ondernemers verkeren in deze veronderstelling. Soms moet ik de ondernemer teleurstellen, met name wanneer de huwelijkse voorwaarden lang geleden zijn gemaakt. Soms ook kan ik de ondernemer geruststellen, maar 100% garantie is er nooit.

Finaal verrekenbeding

Wanneer echtgenoten een finaal verrekenbeding in hun huwelijkse voorwaarden hebben opgenomen betekent dit dat zij met elkaar hebben afgesproken dat zij bij echtscheiding net doen alsof zij in gemeenschap van goederen zijn gehuwd. Naar derden toe zijn zij dat niet, maar wel in hun onderlinge relatie. Dat brengt met zich dat de niet-ondernemende echtgenoot recht heeft op de helft van de waarde van de onderneming, dan wel de waarde van de aandelen, bij een directeur groot aandeelhouder.

Periodiek verrekenbeding

Wanneer een periodiek verrekenbeding in de huwelijkse voorwaarden is opgenomen hebben echtgenoten met elkaar afgesproken dat zij elk jaar datgene wat resteert van hun inkomen, nadat alle kosten van de huishouding zijn voldaan, bij helfte moeten delen. Dat doet 99% van de Nederlanders niet, waardoor bij echtscheiding de vraag rest hoe alsnog achteraf verrekend moet worden. Het overgespaarde inkomen is immers aangewend voor allerhande zaken, zoals de aflossing van een hypotheek, maar bijvoorbeeld ook voor de aankoop van aandelen. Als dit overgespaard inkomen is aangewend om aandelen te financieren dan dienen deze aandelen (geheel of gedeeltelijk) verrekend te worden met de andere echtgenoot. De continuïteit van de onderneming mag daarbij niet in gevaar komen.

Winst

De vraag is wat onder inkomen moet worden verstaan? Winst uit onderneming? Niet gerealiseerde winst in de BV? Het is afhankelijk van de formulering van het periodiek verrekenbeding in hoeverre de niet ondernemende echtgenoot recht heeft op de waarde van de onderneming, dan wel de aandelen. Onder omstandigheden kan de niet ondernemende echtgenoot aanspraak maken op de in de BV van de directeur groot aandeelhouder achtergebleven zogenaamde ‘opgepotte winsten’. Daar houden niet veel ondernemers rekening mee. In sommige huwelijkse voorwaarden is dit uitdrukkelijk uitgesloten. In andere huwelijkse voorwaarden is dat niet het geval of slechts beperkt.

Bij het afwikkelen van de huwelijkse voorwaarden kunt u als ondernemer in een slangenkuil terechtkomen, iets wat u van te voren niet had bedacht. Check dus uw huwelijkse voorwaarden tussentijds om te bezien of deze nog up tot date zijn. Wilt u hierover van gedachten wisselen? Neem dan gerust contact met mij op (070-3615048).

Gilyan Parker