13 december 2012

Schuldbekentenis werknemer geen garantie

Door Gilyan Parker

Wanneer u als werkgever ontdekt dat één van uw werknemer steelt, is het zaak goed op te letten bij het nemen van vervolgstappen.

Begrijpelijk is dat u direct probeert om uw stelende werknemer een schuldbekentenis te laten ondertekenen waarmee uw werknemer aangeeft de schade te zullen vergoeden. Let dan wel goed op hoe u hier te werk gaat. Uit een recente uitspraak (LJN: BV3669) blijkt namelijk dat het moment van ondertekening van een schuldbekentenis aan bepaalde eisen moet voldoen. Wanneer u dan niet goed omgaat met uw overwichtspositie als werkgever en/of uw werknemer onvoorbereid het gesprek met u is aangegaan, riskeert u dat u geen beroep meer kan doen op een schuldbekentenis voor vergoeding van schade.

Diefstal

In deze recente zaak ging het om een werkneemster van een groot warenhuis die verdacht werd van diefstal. Haar bedrijfsleider plaatste daarom camera’s in het magazijn op plekken waar zij zich regelmatig bevond. Het vermoeden van de bedrijfsleider bleek juist en hij, samen met de bedrijfsrechercheur, confronteerde de werkneemster met de opgenomen videobeelden. Tijdens dit gesprek erkende de werkneemster direct de diefstal en daarna werd berekend voor welk bedrag zij dan diefstal had gepleegd. Dit bedrag werd vastgesteld op € 115.000,-. De werkneemster verklaarde zich vervolgens schriftelijk bereid het bedrag van € 115.000,- terug te betalen middels een betalingsregeling.

Misbruik van omstandigheden

Bij thuiskomst realiseerde de (ex-)werkneemster dat het daadwerkelijke schadebedrag wel eens veel lager zou kunnen zijn. Het bekennen van de diefstal was zo beschamend voor haar geweest dat zij zo snel mogelijk uit het gesprek weg had willen komen en niet helder had nagedacht. Toen de (ex-)werkneemster na een aantal weken een incassobureau uit naam van het warenhuis achter zich aan kreeg, nam zij een advocaat in de arm. De advocaat van de (ex-)werkneemster vernietigde vervolgens de getekende schuldbekentenis op grond van misbruik van omstandigheden. De advocaat stelde dat de (ex-)werkneemster zich in een benarde en ongelijkwaardige positie bevond toen zij de schuldbekentenis ondertekende. Bovendien zou haar in de mond gelegd zijn dat zij twaalf maanden diefstal pleegde terwijl dit daadwerkelijk maar zes maanden waren geweest. Hierdoor was de feitelijke schade vermoedelijk veel lager dan € 115.000,-.

Oordeel rechter

De rechter ging mee met de argumenten van de advocaat van de (ex-)werkneemster en oordeelde dat de schuldbekentenis terecht vernietigd was. Volgens de rechter kon het warenhuis niet worden aangerekend dat zij de (ex-)werkneemster een schuldbekentenis had laten ondertekenen voor de gepleegde diefstal, maar wel dat zij dit had gedaan voor de verschuldigde schadevergoeding ad € 115.000,-. De rechter wees hierbij op het feit dat er twee heren bij het gesprek aanwezig waren die hoger in hiërarchie stonden dan de (ex-)werkneemster en dat zij zich in een benarde positie bevond nu zij net was geconfronteerd met de video-opnames. Bovendien was de (ex-)werkneemster het gesprek onvoorbereid ingegaan zonder op de hoogte te zijn van de (juridische) gevolgen van een schuldbekentenis tot schadevergoeding. Volgens de rechter had het warenhuis de (ex-)werkneemster de tijd moeten geven eerst deskundig advies in te winnen over de schuldbekentenis. Alles in aanmerking genomen, oordeelde de rechter dat sprake was van misbruik van omstandigheden van het warenhuis en kon het warenhuis helaas fluiten naar de € 115.000,-.

Gilyan Parker