7 januari 2020

Stiefouders, opgelet. Dit zijn je plichten

Door Dylan Bertsch

Volgens de wet bent u als stiefouder verplicht bij te dragen in de kosten van uw stiefkind. Is dat evenveel als de ’echte’ ouders van uw stiefkind of minder?

Wanneer bent u stiefouder?

U bent stiefouder als u bent gehuwd met de vader of moeder van uw stiefkind. U hebt dus geen wettelijke onderhoudsplicht als u ongehuwd samenwoont. De onderhoudsplicht duurt voort zolang uw stiefkind deel uitmaakt van uw gezin. Dus als u gaat scheiden van de moeder of vader van uw stiefkind, stopt uw onderhoudsplicht.

Zolang u samen met uw stiefkind een gezin vormt en beide ouders nog in leven zijn, zijn er dus 3 onderhoudsplichtigen: u als stiefouder, uw echtgenoot en de andere ouder van uw stiefkind. Hoe verhouden die zich tot elkaar? Die vraag doet zich met name voor als uw echtgenoot in de clinch ligt met zijn of haar ex over de hoogte van de kinderalimentatie voor uw stiefkind.

Kosten delen

De hoofdregel is dat de onderhoudsplicht van de ouder en de stiefouder gelijk in rang zijn. In principe moeten de kosten van uw stiefkind dus gelijkelijk door 3 worden gedeeld. Maar er mag rekening worden gehouden met ’de bijzondere omstandigheden van het geval’. Wat zijn dergelijke omstandigheden? In de rechtspraak komen variaties in alle soorten en maten voor. Uitgangspunt is dat een stiefkind van nature een betere band heeft met zijn ouders dan met zijn stiefouders, maar dat is lang niet altijd zo.

Soms wordt de stiefouder niet geacht een bijdrage te leveren of minder dan de helft, omdat de stiefouder nog maar kort in beeld is. Soms wordt ook naar rato van draagkracht gerekend, maar ik zie ook uitspraken waar het principe van de gelijke rang wordt gehanteerd. Ook de mate waarin uw stiefkind nog contact met zijn of haar andere ouder heeft, kan van belang zijn. Als deze ouder al jaren geen rol meer in het leven van uw stiefkind speelt, kan dat gevolgen hebben voor uw onderhoudsplicht. De rechtspraak gaat echt alle kanten op.

Enorme exercitie

Als eenmaal een ieders portie bekend is, bent u er nog niet. Want hoeveel bedraagt ieders porties in euro’s? Dat is een enorme exercitie omdat de financiële draagkracht van alle betrokkenen moet worden berekend. Een voorbeeld: u bent gehuwd met de moeder van X en heeft samen met haar een kind Y. U vormt met uw stiefkind X, de moeder van X en uw beider kind Y een gezin. De vader van X is ook hertrouwd en heeft samen met zijn nieuwe echtgenote A een kind Z. Hij vormt met zijn nieuwe echtgenote A en kind Z een gezin. Wat nu?

De kosten van uw stiefkind X, van uw kind Y en kind Z moeten worden berekend afhankelijk van de inkomens van hun ouders. Dat betekent dat de 3 kinderen een verschillend kostenplaatje hebben. Vervolgens moet de financiële draagkracht van alle 4 de ’ouders’ worden berekend. Niet alleen zijn dit eindeloze en complexe berekeningen, alle ’ouders’ moeten inzage geven in hun draagkracht.

Alimentatie

Wanneer uw echtgenote een geschil heeft met de vader van uw stiefkind X over de kinderalimentatie moet de nieuwe echtgenote A ook haar inkomensgegevens verstrekken. Indien zij daar niet aan wil, is de hoofdregel dat zij geacht wordt de helft van de kosten van kind Z te voldoen. Dan komt dus slechts de helft van de kosten van kind Z op het bordje van de vader van uw stiefkind X. Zijn echtgenote A wordt immers geacht de andere helft van de kosten van kind Z voor haar rekening te nemen. Dit alles is van invloed op uw aandeel in de kosten van uw stiefkind X.

Wees er op bedacht dat u als stiefouder een onderhoudsplicht hebt jegens uw stiefkind. Dit speelt een rol speelt in de berekening van de kinderalimentatie die voor uw stiefkind betaald moet worden. Realiseer u verder dat ook als u niet direct betrokken bent bij een geschil over kinderalimentatie u soms toch uw inkomensgegevens moet verstrekken aan derden.

Deze column verscheen eerder in de Telegraaf.

Dylan Bertsch

Dylan Bertsch

Advocaat en mediator

Dylan Bertsch is gespecialiseerd in het familierecht en is een betrokken en gedreven advocaat en mediator.