6 december 2011

Verandering schadevergoedingsverzoeken bij overheid

Door Gilyan Parker

Indien iemand schade lijdt door toedoen van de overheid, kan hij/zij recht hebben op schadevergoeding. Niet ieder overheidshandelen leidt echter tot een nadeel dat voor vergoeding in aanmerking komt.

Hoe deze vormen van schadevergoedingen zijn geregeld ligt op dit moment niet centraal vast in de wet en is deels via jurisprudentie geregeld. Daarbij kan de schade zowel via de bestuursrechtelijke als de civielrechtelijke weg worden verhaald. Het wetsvoorstel ‘Nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten’ poogt deze onoverzichtelijke en ongelukkige situatie te beperken.

Wetsvoorstel

Het wetsvoorstel regelt twee onderwerpen uit het overheidsaansprakelijkheidsrecht. Allereerst de nadeelcompensatie: een vergoeding die de overheid verschuldigd kan zijn terwijl haar handelen niet onrechtmatig was. Zo’n situatie kan zich voordoen als bijvoorbeeld een weg tijdelijk wordt afgesloten vanwege onderhoudswerkzaamheden. Daarnaast bestaat de schadevergoeding bij een onrechtmatige overheidsdaad. Hiervan kan sprake zijn als de overheid schade moet vergoeden omdat achteraf blijkt dat ten onrechte een vergunning is geweigerd. Het is de bedoeling dat beide regelingen worden opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht.

Schadevergoeding

Op grond van het wetsvoorstel kan dus zowel onrechtmatig als rechtmatig handelen door de overheid tot schade leiden. In beide gevallen kan een grond bestaan voor toekenning van schadevergoeding.

Rechtmatig overheidshandelen

Een rechtmatige bestuurshandeling, die onevenredig drukt op de belanghebbende – die daardoor schade lijdt – kan een rechtsgrond opleveren voor de toekenning van schadevergoeding. Van belang daarbij is dat slechts de schade wordt vergoed die buiten het maatschappelijke risico valt en dat de benadeelde in vergelijking tot anderen onevenredig zwaar wordt getroffen. Indien dit het geval is, is sprake van strijd met het ongeschreven beginsel van gelijkheid voor publieke lasten. De schade zal niet volledig worden vergoed en wordt daarom ook nadeelcompensatie genoemd.

Momenteel bestaan regelingen over nadeelcompensatie in verschillende wetten en buitenwettelijke regelingen. Om deze vorm van schadevergoeding overzichtelijker te maken, omvat het wetsvoorstel een algemene regeling in de Algemene wet bestuursrecht. In deze regeling zal het beginsel van gelijkheid voor publieke lasten worden vastgelegd en als grondslag voor de vergoeding van schade gaan gelden. Er zal dus een uniforme regeling komen die alle specifieke regelingen zal vervangen. Daarbij zal het takenpakket van de bestuursrechter worden uitgebreid. Nu is het zo dat alleen als de schade is veroorzaakt door een besluit of andere handeling waartegen beroep bij de bestuursrechter openstaat, tegen een besluit op het verzoek bezwaar en vervolgens beroep en hoger beroep open staan. In het wetsvoorstel zal daarop een uitbreiding komen: Voormelde middelen van rechtsbescherming zullen ook openstaan indien de schade is veroorzaakt door een handeling ter uitvoering van een besluit waartegen beroep bij de bestuursrechter kan worden ingesteld, dit bij wettelijk voorschrift of bij besluit is bepaald, of een beleidsregel over de vergoeding van de schade is vastgesteld. Aan het schadetoebrengend overheidshandelen behoeft dus niet langer meer een besluit ten grondslag te liggen. Naast deze bevoegdheden van de bestuurlijke rechter, zal een restcategorie blijven bestaan. In die gevallen zal de civiele rechter optreden.

Onrechtmatig overheidshandelen

Indien een bestuurshandeling achteraf onrechtmatig blijkt te zijn én schade heeft veroorzaakt, spreekt men van schadevergoeding bij onrechtmatig overheidshandelen. Deze schade wordt in beginsel in zijn geheel vergoed. De toekenning van schadevergoeding geschiedt onder de huidige wetgeving door de bestuursrechter, danwel door de civiele rechter. In de praktijk is deze competentieverdeling – tussen de bestuursrechter en de civiele rechter – voor degene die aanspraak wil maken op schadevergoeding echter problematisch. Zonder gespecialiseerde (en meestal dure) juridische bijstand is het in de meeste gevallen op voorhand niet duidelijk tot welke rechter een belanghebbende zich moet wenden. Dit wetsvoorstel beoogt een duidelijke competentieverdeling te realiseren tussen de bestuurs- en de civiele rechter voor schadeverzoeken wegens onrechtmatige besluiten.

Schadeverzoeken op het terrein van de belastingrechter en de Centrale Raad van Beroep zullen tot de exclusieve bevoegdheid van de bestuursrechter komen. De civiele rechter zal bevoegd worden voor de overige zaken, zoals schadevergoeding voor procedures die behoren tot het terrein van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Indien de schade niet meer dan € 25.000,- betreft kan ook voor de bestuursrechter worden gekozen.

Daarnaast wordt voorgesteld de procedure bij de bestuursrechter voor schadeverzoeken te vereenvoudigen door een zelfstandige verzoekschriftprocedure in te voeren. Los van de procedure tegen het schadeveroorzakende besluit, kan de bestuursrechter verzocht worden schadevergoeding toe kennen wanneer de overheid bijvoorbeeld niet of in onvoldoende mate aan het verzoek tot schadevergoeding van een belanghebbende tegemoet komt. Ook zal het mogelijk worden dat de bestuursrechter dan zelf een beslissing neemt in plaats van het bestuursorgaan.

Kort gezegd, met voormeld wetsvoorstel zal een aantal uitgangspunten in de wet worden vastgelegd. Ook zal het wetsvoorstel tot eenvoudiger procedures moeten leiden. Of het wetsvoorstel daadwerkelijk zal leiden tot vereenvoudiging van de mogelijkheden schadevergoeding te verhalen en een verbetering zal opleveren van de rechtsbescherming, zal – indien het wetsvoorstel wordt aangenomen – uit de praktijk moeten blijken. De artikelen van deze wet treden in werking op een bij Koninklijk Besluit te bepalen tijdstip. Waneer dat zal zijn is vooralsnog onduidelijk. Het voorstel ligt nu bij de Tweede Kamer en zal deze maand in de plenaire vergadering worden besproken. Alvorens de wet in werking zal treden dient de Eerste Kamer het wetsvoorstel ook te aanvaarden.

Gilyan Parker

Gerelateerde blogs

18 augustus 2022

Het belang van het zorgvuldig vastleggen van afspraken in de logistieke dienstverlening

Begin 2021 schakelde Hubbel Lastmile B.V. (“Hubbel”) GMW advocaten in om haar bij te staan/haar te adviseren over het juridische framework. De reden was in verband met de uitbreiding van haar bedrijfsmatige werkzaamheden.

Lees meer

10 mei 2022

Long COVID bij zorgverleners; twee jaar later, wat nu?

Inmiddels weten we veel meer over long COVID dan twee jaar geleden. Long COVID bij zorgverleners is helaas een voorkomend verschijnsel. Maar wat nu? Wat kan u als zorgverlener met long COVID doen? Kunt u schade verhalen op uw werkgever? Onze letselschade advocaat Peter van Eijk vertelt u hier graag meer over.

Lees meer

4 mei 2021

Vergeet de Schadeverzekering Inzittenden niet

"Ik heb geen voorrang verleend en werd met mijn auto aangereden door een vrachtwagen. Het was mijn fout, maar mijn mede-inzittende en ik hebben ernstig letsel opgelopen. Is het nog mogelijk de letselschade die voortvloeit uit dit ongeval vergoed te krijgen?" In deze blog geef ik antwoord op deze vraag.

Lees meer