12 juni 2025
Adviesrecht ondernemingsraad in een internationaal concern
De ondernemingsraad (OR) heeft recht op alle informatie die de OR "redelijkerwijs" nodig heeft om een advies te geven over bijvoorbeeld een reorganisatie.
Lees meer
12 juni 2025
De ondernemingsraad (OR) heeft recht op alle informatie die de OR "redelijkerwijs" nodig heeft om een advies te geven over bijvoorbeeld een reorganisatie.
Het is de primaire verantwoordelijkheid van de ondernemer om de OR te voorzien van de benodigde gegevens en redenen voor een voorgenomen (reorganisatie)besluit, zelfs als deze besluitvorming op internationaal niveau plaatsvindt. De Nederlandse onderneming moet de OR inzicht geven in de belangenafweging tussen de Nederlandse onderneming en het bredere concern. Gebeurt dat niet dan voldoet het adviestraject niet aan de WOR, zo oordeel de Ondernemingskamer recent op verzoek van een OR.
Op 20 mei 2025 heeft de Ondernemingskamer een belangrijke uitspraak gedaan over het wettelijke adviesrecht van de OR binnen een internationaal concern, in dit geval Micro Focus. Dit concern had wereldwijd besloten tot functieverval vanwege tegenvallende resultaten, wat ook leidde tot het verdwijnen van een aantal functies in Nederland. De Ondernemingskamer oordeelde dat Micro Focus niet kon stellen dat zij slechts een uitvoerder was van een hoger besluit binnen het concern; dit zou de wettelijke medezeggenschap ondermijnen. De conclusie was dat Micro Focus Nederland geen correct adviestraject volgens de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) had gevolgd, door onvoldoende inzichtelijk te maken op welke wijze zij bij de besluitvorming de belangen (Nederlandse en concern) tegen elkaar heeft afgewogen.
De OR heeft recht om te vragen hoe de belangen van de Nederlandse onderneming zijn beoordeeld en afgewogen tegen het concernbelang. De ondernemer kan niet volstaan met verwijzingen naar wereldwijde besluiten; de OR heeft deze informatie nodig om zorgvuldig advies te kunnen geven. In deze zaak gaf de OR een negatief advies, dat door Micro Focus Nederland werd genegeerd. De Ondernemingskamer oordeelde terecht dat Micro Focus Nederland niet redelijkerwijs tot het ontslag van twaalf werknemers kon besluiten, en dat dit besluit ingetrokken moest worden.
Daarnaast speelde er nog iets: voordat er een adviesaanvraag aan de OR was gedaan, had de ondernemer al gesprekken gevoerd over beëindigingsregelingen met werknemers. De OR stelde dat hierdoor geen “wezenlijke invloed” meer mogelijk was op het reorganisatiebesluit. De Ondernemingskamer geeft aan dat die gesprekken over vaststellingsovereenkomsten (vso’s) gelden als uitvoering van een voorgenomen (advies plichtig) besluit. Eigenlijk had de OR dus al eerder om advies gevraagd moeten worden. Maar de feitelijke situatie maakt dit anders. Want nadat de OR lucht kreeg van de gesprekken en zich beriep op het wettelijke adviesrecht, staakte de ondernemer de gesprekken met de twaalf werknemers. Daarna volgde het hiervoor genoemde adviestraject, waarin enkele overlegvergaderingen plaatsvonden en de ondernemer de OR ook schriftelijk informeerde. Door dat traject heeft de OR aldus de Ondernemingskamer dus wel alsnog “wezenlijke invloed” kunnen hebben op de besluitvorming. Het was als gezegd de gebrekkige informatievoorziening in dat adviestraject, waardoor het reorganisatiebesluit alsnog van tafel gaat.
Als er medewerkers zijn die inmiddels met een vso hebben ingestemd, blijven hun arbeidsovereenkomsten beëindigd. De Ondernemingskamer bevestigt dat rechten van derden, zoals een door een werknemer getekende vso, niet worden aangetast door het oordeel dat het adviestraject niet ordentelijk is verlopen. Dit laat zien dat ook bij besluiten van een wereldwijd opererend concern, de Nederlandse ondernemingsraad haar wettelijke medezeggenschapsrechten kan uitoefenen. Dus ook bij besluitvorming door een wereldwijd opererend concern, kan de Nederlandse OR haar wettelijke medezeggenschapsrechten uitoefenen. Zie ten aanzien van het instemmingsrecht van de OR in een internationaal concern, mijn eerdere blog: Instemmingsrecht ondernemingsraad in concernverband – GMW advocaten
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel? Neem dan gerust contact met ons op.
ECLI:NL:GHAMS:2025:1299, Gerechtshof Amsterdam, 200.347.594/01 OK