21 oktober 2024
Samenleven zonder contract; wat moet u weten?
Ongetrouwd samenleven zonder een samenlevingscontract (“informeel samenleven”) is steeds gebruikelijker in Nederland.
Lees meer
25 februari 2015
In mijn vorige column schreef ik over over situaties waarin partneralimentatie niet (onverminderd) 12 jaar lang hoeft te worden doorbetaald. Er zijn echter ook gevallen dat partneralimentatie langer dan 12 jaar duurt.
Hierbij gaat het om oude gevallen. Partneralimentaties die zijn vastgesteld vòòr 1 juli 1994 vallen onder het zogenaamde oude regime. Alimentatie eindigt dan in principe niet, maar de betaler kan na 15 jaar een verzoek tot beëindiging doen. De rechtspraak laat echter zien dat veel van dit soort verzoeken worden afgewezen. Beëindiging lijkt eerder de uitzondering dan de regel.
In die situaties moet partneralimentatie dus langer dan 12 jaar worden doorbetaald. Dat kan soms vele jaren langer zijn, afhankelijk van de feiten en omstandigheden van dat specifieke geval. Een afbouw behoort ook tot de mogelijkheden. Zelfs als wel een nieuwe einddatum wordt vastgesteld, kan de rechter bepalen dat de ontvanger te zijner tijd verlenging van die termijn kan vragen. Aangezien partneralimentatie geen levensverzekering behoort te zijn is de wetgeving op 1 juli 1994 veranderd.
Stellen die na 1 juli 1994 zijn gescheiden, vallen onder het zogenaamde nieuwe regime. Dat betekent dat de alimentatieplicht in principe eindigt na 12 jaar. In heel uitzonderlijke omstandigheden moet er soms doorbetaald worden. Uit de rechtspraak volgt dat die gevallen op jaarbasis op de vingers van één hand te tellen zijn. De terugval in inkomen als gevolg van het wegvallen van de alimentatie moet ingrijpend zijn. Daarnaast moet de ontvanger er alles aan gedaan hebben wat redelijkerwijs gevergd kon worden om zelf in het levensonderhoud te voorzien. Denk daarbij aan het vinden van een betaalde baan, het uitbreiden van het aantal gewerkte uren maar ook het sparen en zelf opbouwen van ouderdomspensioen. De rechterlijke macht is streng. Er moeten echt zwaarwegende feiten en omstandigheden aanwezig zijn die verlenging van de 12 jaarstermijn rechtvaardigen. In de meeste gevallen wordt geoordeeld dat de ontvanger onvoldoende gedaan heeft om in eigen levensonderhoud te voorzien en worden verlengingsverzoeken afgewezen. Bij toewijzing kan de rechter overigens ook weer een afbouwregeling opleggen of bepalen dat verlenging van de nieuwe einddatum wel of niet mogelijk is. Nieuwe alimentatiebetalers kunnen er dus in principe op rekenen dat het na 12 jaar betalen ook echt gedaan is. Slechts in heel bijzondere gevallen is dat anders. Ontvangers dienen hun financiële huishouding gedurende die 12 jaar zodanig te organiseren dat zij na ommekomst van die termijn volledig voor zichzelf kunnen zorgen. Overigens is de regering bezig de termijn van 12 jaar te verkorten. Daarover meer in mijn volgende column.