2 december 2014

Onverschuldigde betaling in faillissement

Door Christiaan Mensink

De status en onderlinge rangorde van vorderingen op een failliete onderneming of persoon, is wettelijk geregeld.

De kosten van afwikkeling van het faillissement, zeg maar de schulden die zijn ontstaan ná de datum van faillietverklaring, moeten worden betaald vóór de pre-faillissementsschulden. Dit worden boedelschulden genoemd. Van de schulden die vóór de faillietverklaring van de schuldenaar zijn ontstaan, geldt dat vorderingen met een preferentie, zoals Belastingdienst, werknemers, UWV, enz., moeten worden betaald voor de reguliere schulden. Deze rangorde is belangrijk, omdat in nagenoeg alle faillissementen onvoldoende geld aanwezig is om iedereen te betalen.

>> Heeft u een vraag over dit onderwerp? Laat hier uw gegevens achter. <<

De status van uw vordering is belangrijk

Het is dus belangrijk om een zo hoog mogelijke rang te hebben. Zo is er veel geprocedeerd over de vraag of kosten voor de oplevering van een door de gefailleerde onderneming gehuurd pand, boedelkosten zijn of niet. De opleveringsverplichting bij het einde van de huur vloeit voort uit de huurovereenkomst die dateert van voor de faillietverklaring, en is dus geen boedelschuld. Het gevolg hiervan is dat deze vordering van de verhuurder veel vaker niet betaald wordt.

In veel faillissementen is het beschikbare geld zelfs onvoldoende om alle boedelschulden te betalen. Het faillissement wordt dan opgeheven bij gebrek aan baten. Ook de boedelschulden hebben in dat geval een onderlinge rangorde. Als eerst moet worden betaald het salaris van de curator – logisch, want anders zou niemand bereid zijn het werk van curator te doen. Zelf meen ik echter dat de curator nog eerder alle kosten moeten betalen van bedrijven of personen die hij zelf heeft ingeschakeld, zoals taxateurs, accountants, deurwaarders, enz. Daarna komt UWV voor de regresvordering van de salarissen over de periode van na faillietverklaring, vervolgens ‘gewone’ boedelschulden. Denk aan huur over de faillissementsperiode, maar ook wettelijke verplichtingen zoals aansprakelijkheden of onverschuldigde betalingen.

Superpreferentie

Er is nog een buitencategorie van boedelvordering, ook wel genaamd superpreferente boedelvordering, of Ontvanger/Hamm-vordering. In een uitspraak uit 1997 oordeelde de Hoge Raad dat ingeval iemand zonder rechtsgrond en door een onmiskenbare vergissing een bedrag betaalt aan de failliete boedel, de curator moet meewerken een onmiddellijke ongedaanmaking van die onverschuldigde betaling. De curator moet dan het ten onrechte betaalde bedrag dus direct terugbetalen. Zie over deze problematiek ook deze weblog. Maar, niet elke onverschuldigde betaling gedaan na de datum van faillietverklaring heeft deze superpreferente status. Uit de rechtspraak volgt dat er sprake moet zijn van een “onmiskenbare vergissing” van de betaler, en er geen enkele rechtsverhouding heeft bestaan die aanleiding kon geven te vermoeden dat er wel een grond voor betaling aanwezig was.”

Een betaling die bij vergissing is gedaan na de faillissementsdatum, is dus níet altijd super-preferent. Met name is dat niet het geval, als de betaling een periodieke of regelmatig terugkerende betaling is uit hoofde van een duurovereenkomst of samenwerking. Ook niet als die samenwerking al is geëindigd, en de wederpartij per ongeluk de periodieke betaling niet heeft stopgezet. In zo’n geval zal het voor alle partijen duidelijk zijn dat deze betalingen onverschuldigd zijn gedaan. Maar de voor de status van superpreferentie vereiste “onmiskenbare vergissing”, is dan geen sprake. De betalingen vloeiden immers voort uit een eerder bestaande rechtsverhouding tussen de betaler en de failliet, die de curator aanleiding konden geven te veronderstellen dat er mogelijk wel een rechtsgrond bestond voor de ontvangen betalingen. Een voorbeeld van zo’n geval vindt u hier. Daarmee is de vordering tot terugbetaling een reguliere boedelvordering, die de curator pas kan betalen nadat de hoger gerangschikte boedelschulden zijn voldaan.

Deze blog is gereviewd en geüpdatet op 23 oktober 2020. 

Christiaan Mensink

Christiaan Mensink

Advocaat/partner

‘Superspecialist, gericht op samen winnen’

Gerelateerde blogs

Vorige slide
Volgende slide

17 februari 2025

Faillissement Modeketen Pastelle

Op 12 februari 2025 heeft de rechtbank Den Haag de faillissementen uitgesproken van de Pastelle damesmodewinkels. De winkels in Den Haag, Wassenaar, Nootdorp en Pijnacker, alsmede de webshop zijn failliet verklaard. Mechteld van Veen-Oudenaarden is als curator aangesteld.

Lees meer

Lees meer over

11 februari 2025

Kunt u voor €0,01 een procedure starten?

Op 26 november 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak met een belang van €0,01. In deze zaak werd toch geoordeeld dat er sprake is van onvoldoende belang. Deze uitspraak benadrukt het belang dat een eiser moet hebben bij het starten van een juridische procedure.

Lees meer

Lees meer over

26 november 2024

Hoe weet je of een onderneming failliet is

Als u zaken gaat doen met een (nieuwe) partij is het altijd goed om te controleren of zo’n onderneming solvabel is of zelfs failliet. Maar hoe kunt u nu precies vaststellen of een onderneming failliet is of dat er een faillissementsaanvraag is gedaan?

Lees meer

Lees meer over

21 november 2024

Zekerheidsrechten in faillissement: het recht van reclame

Het komt vaak voor dat een leverancier zaken levert aan een afnemer, zonder dat de leverancier daarbij verlangt dat er ook direct wordt betaald.

Lees meer

Lees meer over

19 november 2024

Zekerheidsrechten in faillissement: het eigendomsvoorbehoud

Het komt vaak voor dat een leverancier zaken levert aan een afnemer, zonder dat de leverancier daarbij verlangt dat er ook direct wordt betaald.

Lees meer

Lees meer over
Alle artikelen