25 maart 2025

Regresvorderingen in de WHOA

Door Christiaan Mensink

De Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) biedt ondernemingen in financiële moeilijkheden de mogelijkheid om buiten faillissement tot een akkoord met schuldeisers te komen.

Het idee is dat de waarde van een onderneming na reorganisatie hoger is dan in een faillissement. Als die hogere reorganisatiewaarde wordt verdeeld onder alle schuldeisers, blijft niet alleen de onderneming voortbestaan maar zijn ook alle crediteuren beter af.

Verdelingsvraagstuk

Een WHOA-akkoord gaat dus over verdeling van de reorganisatiewaarde. Die verdeling is aan enkele regels gebonden. Zo mag geen enkele crediteur mag slechter af zijn dan bij een faillissement, en dient de verdeling van de waarde ‘redelijk’ te zijn. Dit betekent onder andere ook dat schuldeisers met een zekerheidsrecht – zoals een pandrecht op debiteuren – volledig aanspraak kunnen maken op de waarde van de aan hen verpande goederen.

En na uitvoering van het akkoord, moet de onderneming verder kunnen, en dus niet met restschulden van vóór het akkoord. De ondernemingswaarde is dan verdeeld, en meer is er niet. Om die reden is in de WHOA de bepaling opgenomen dat derde-partijen die hoofdelijk verbonden zijn voor een schuld of daarvoor een garantie hebben gegeven, na totstandkoming van het WHOA-akkoord geen regres kunnen nemen op de onderneming-schuldenaar (art. 370 lid 2 Fw.). Buiten de WHOA kan dat (natuurlijk) wel.

Wel regres mogelijk bij een gezekerde vordering

De Rechtbank Amsterdam oordeelde in december echter 2024 dat een derde partij die uit hoofde van een garantie na totstandkoming van een WHOA-akkoord een schuldeiser heeft betaald tòch regres kan nemen op de schuldenaar, als zij voor haar regresvorderingen zekerheden heeft. In dit geval betrof het een pandrecht op een banksaldo, dat als zekerheid was gegeven voor een door de bank aan een verhuurder verstrekte bankgarantie. Dit betekent voor WHOA-akkoorden waar dit speelt, het verpande banksaldo dus géén onderdeel uitmaakt van de reorganisatiewaarde, maar daar buiten gelaten moet worden.

Het lijkt er op dat dit deze vraag (al dan niet na hoger beroep) aan de Hoge Raad zal worden voorgelegd voor een definitieve beantwoording.

Non-regresovereenkomsten

In deze uitspraak beantwoordde de Rechtbank Zeeland-West-Brabant de vraag hoe bij verdeling van de denkbeeldige faillissementswaarde moest worden omgegaan met een contractuele afspraak tussen partijen dat geen regresvorderingen ontstaan, als een van hen de schuld van een ander waarvoor zij beide hoofdelijk aansprakelijk zijn, voldoet. Dat is belangrijk voor de vraag of schuldeisers bij het akkoord wel beter af zijn dan in faillissement. Immers, als de hoofdelijk verbonden derde partij in een faillissement niet aan de non-regres-afspraak is gebonden en dus wèl een deel van de faillissementswaarde kan ontvangen, zullen andere crediteuren minder ontvangen. Een faillissement is immers een zero sum game.

De rechtbank oordeelt dat afspraken over die regres uitsluiten, afspraken zijn die de onderlinge interne draagplicht van hoofdelijk verbonden schuldenaren regelen (art. 6:10 BW). Dit is geen dwingende bepaling, wat betekent dat het aan contractspartijen vrij staat om een eigen afspraak te maken. Als partijen regres uitsluiten, is dat dus een geldige afspraak, en kan een regresvordering nooit ontstaan. Ook niet in een faillissement.

Conclusie

Bij het opstellen van een WHOA-akkoord kunnen regresvorderingen van derde-partijen een grote rol spelen. Voor het slagen van het akkoord is het belangrijk daar correct mee om te gaan.

Meer informatie

Wilt u meer weten? Kijk op onze WHOA-pagina, of neem direct contact op met Christiaan MensinkWladimir Schmidt of Daniël Hijboom. Zij hebben intussen ervaring met meer dan vijfentwintig WHOA-trajecten, als adviseur van de onderneming in zwaar weer, als door de rechtbank aangestelde observator en als advocaat van aandeelhouders of schuldeisers van een WHOA-onderneming.

Christiaan Mensink

Christiaan Mensink

Advocaat/partner

‘Superspecialist, gericht op samen winnen’

Gerelateerde blogs

Vorige slide
Volgende slide

3 april 2025

Informatieverplichting bij een WHOA-akkoord

Op 31 januari 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een uitspraak gedaan over de informatieverplichting van de schuldenaar in een WHOA-traject.

Lees meer

Lees meer over

1 april 2025

Opzegging financiering door de bank: weer gaat het om redelijkheid en billijkheid

Recent heeft de Rechtbank Limburg een vonnis gewezen over beëindiging met onmiddellijke ingang van een kredietovereenkomst.

Lees meer

Lees meer over

25 maart 2025

Regresvorderingen in de WHOA

De Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) biedt ondernemingen in financiële moeilijkheden de mogelijkheid om buiten faillissement tot een akkoord met schuldeisers te komen.

Lees meer

Lees meer over

20 maart 2025

WHOA updates

Met de Wet Homologatie Onderhands Akkoord kunnen ondernemingen die in de kern levensvatbaar zijn hun (te) hoge schuldenlast saneren in een akkoord met hun schuldeisers dat door de rechtbank wordt goedgekeurd, en zo een faillissement voorkomen. U leest hier de laatste WHOA updates.

Lees meer

Lees meer over

13 maart 2025

De moeilijkste periode voor bestuurders

Het is een situatie waar geen enkele bestuurder vanzelfsprekend graag aan denkt: het besef dat zijn onderneming het misschien niet gaat redden. Hoewel dit een emotionele zware tijd kan zijn, moet u als bestuurder ook rekening houden met nieuwe verplichtingen.

Lees meer

Lees meer over
Alle artikelen