30 maart 2020

Werknemer met loonvordering hoeft lease-auto niet terug te geven

Door Christiaan Mensink

Elke schuldeiser heeft het recht te weigeren eigendommen van zijn schuldenaar terug te geven, zolang hij niet is betaald.

Dit recht van retentie geldt ook bij het faillissement van de schuldenaar. Hiermee heeft een schuldeiser een sterke positie om de schuldenaar tot betaling te dwingen.

>> Heeft u een vraag over dit onderwerp? Laat hier uw gegevens achter. <<

 

Welke eisen stelt de wet aan het retentierecht?

Een schuldeiser kan afgifte van zaken aan de eigenaar opschorten, als hij die zaken in zijn feitelijk macht heeft en hij een opeisbare vordering heeft op de eigenaar. Bij faillissement van de eigenaar geldt verder dat de achtergehouden zaken een verkoopwaarde moeten hebben.

Kunt u het retentierecht ook jegens derden inroepen?

Ja. Een schuldeiser kan het retentierecht ook jegens anderen dan zijn directe schuldenaar inroepen. Een garage kan bijvoorbeeld een retentierecht uitoefenen over een door hem gerepareerde auto, ook als die auto niet van de opdrachtgever is maar van iemand anders, zoals een lease-maatschappij. Als het recht van die derde, zoals een eigendomsrecht, ouder is dan het ingeroepen retentierecht, moet er wel voldoende verband bestaan tussen de vordering van de schuldeiser en de zaak die hij onder zich heeft. Als de schuldeiser louter op basis van toeval de zaak onder zich heeft, dient hij die zaak wel af te staan aan de eigenaar.

En hoe zit het met leaseauto’s?

Werknemers die een auto van de zaak rijden, rijden eigenlijk in een auto van de leasemaatschappij. De werkgever huurt de auto, en stelt die vervolgens ter beschikking aan de werknemer. Als de werkgever vervolgens failliet gaat, zal de leasemaatschappij de auto terughalen. Maar, mag de werknemer weigeren de auto terug te geven aan de leasemaatschappij, als hij nog achterstallig salaris tegoed heeft van zijn failliete werkgever?

De Rechtbank Noord-Holland bepaalde dat het een werknemer is toegestaan het recht van retentie in te roepen op de leaseauto. De werknemer mocht de auto onder zich houden, totdat zijn volledige loonvorderingen was betaald. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van een rechtstreeks verband tussen de auto waarin de werknemer reed, en de opschorting van de verplichting deze auto terug te geven. De beschikking over de leaseauto en de verplichting die terug te geven, vloeiden immers beide voort uit de arbeidsovereenkomst.

Wat betekent dit voor de praktijk?

In geval van faillissement of ontslag, kan de werknemer weigeren zijn leaseauto terug te geven aan de werkgever of de leasemaatschappij, totdat al zijn salaris, vakantiegeld en andere vorderingen zijn betaald. Dit geeft de werknemer een sterke positie, ten opzichte van zijn werkgever en de curator. De leasemaatschappij kan de auto alleen dan terughalen, als zij de vordering van de werknemer geheel betaalt.

Heeft u een vraag? Ik help u graag.

Christiaan Mensink

Christiaan Mensink

Advocaat/partner

‘Superspecialist, gericht op samen winnen’

Gerelateerde blogs

Vorige slide
Volgende slide

13 maart 2025

De moeilijkste periode voor bestuurders

Het is een situatie waar geen enkele bestuurder vanzelfsprekend graag aan denkt: het besef dat zijn onderneming het misschien niet gaat redden. Hoewel dit een emotionele zware tijd kan zijn, moet u als bestuurder ook rekening houden met nieuwe verplichtingen.

Lees meer

Lees meer over

27 februari 2025

Fiscale aspecten van WHOA-akkoorden

De Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) biedt ondernemingen in financiële moeilijkheden de mogelijkheid om buiten faillissement tot een akkoord met schuldeisers te komen.

Lees meer

Lees meer over

21 februari 2025

WHOA updates

Met de Wet Homologatie Onderhands Akkoord kunnen ondernemingen die in de kern levensvatbaar zijn hun (te) hoge schuldenlast saneren in een akkoord met hun schuldeisers dat door de rechtbank wordt goedgekeurd, en zo een faillissement voorkomen. U leest hier de laatste WHOA updates.

Lees meer

Lees meer over

20 februari 2025

Uitleg van overeenkomsten: het Haviltex-criterium

De meeste zakelijke onenigheden houden verband met uiteenlopende interpretaties van gemaakte afspraken. Dat is niet gek. Paul Scholten zei in 1909 al: “Woorden zijn op zichzelf nooit duidelijk”.

Lees meer

Lees meer over

11 februari 2025

Kunt u voor €0,01 een procedure starten?

Op 26 november 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak met een belang van €0,01. In deze zaak werd toch geoordeeld dat er sprake is van onvoldoende belang. Deze uitspraak benadrukt het belang dat een eiser moet hebben bij het starten van een juridische procedure.

Lees meer

Lees meer over
Alle artikelen