24 mei 2022
Als scheidingsadvocaat krijg ik veelvuldig de vraag of er ook na de pensioendatum partneralimentatie betaald moet worden. Oftewel, stel dat u alimentatie moet betalen en u bereikt de pensioen gerechtigde leeftijd; moet u dan nog steeds alimentatie blijven betalen of mag u daarmee stoppen?
Wettelijk gezien loopt de alimentatietermijn na de pensioendatum door. Dat houdt in dat u wettelijk gezien dus ook de partneralimentatie moet blijven betalen. Maar wat gebeurt er als u de partneralimentatie niet meer kunt betalen omdat uw inkomen, bijvoorbeeld na het pensioen, daalt? Mag u in dat geval gedwongen worden om na de pensioendatum door te blijven werken? Het antwoord op die vraag ligt voor de hand: nee, u mag stoppen met werken en u mag daarom dus ook stoppen met alimentatie betalen. Hier is alleen wel de voorwaarde aan verbonden dat de ex-partner daar wel akkoord mee moet gaan. Gaat de ex-partner niet akkoord dan zal u toch naar de rechter moeten.
Wanneer uw ex-partner niet akkoord gaat met de beïndiging van de partneralimentatie na uw pensioendatum, moet u naar de rechter. Van belang in deze situatie is uiteraard de vraag of de ex-partner ook pensioen en een AOW uitkering ontvangt. Als u en uw ex-partner tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap samen pensioen hebben opgebouwd, is pensioenverevening hoogstwaarschijnlijk onderdeel geweest van de afspraken bij de echtscheiding. De rechter zal kijken naar alle feiten en omstandigheden. Hierbij zal de hoofdlijn als volgt zijn:
stoppen met werken + vermindering van draagkracht (wat u kunt betalen) = nihilstelling van de alimentatie of in ieder geval een vermindering.
Toch zijn er uitzonderingen en zo een uitzondering kwam ik tegen in een uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van maart 2022.
De man werkte nog door na pensionering omdat hij zijn nieuwe gezin moest onderhouden. Hij vroeg aan zijn scheidingsadvocaat of hij kon stoppen met alimentatie betalen en die wendde zich, names de man, tot de rechtbank. De man was van mening dat bij de berekening van zijn draagkracht geen rekening gehouden moest worden met zijn inkomen uit arbeid, hij was immers niet verplicht om door te werken. De rechtbank was van oordeel dat de man de keuze heeft gemaakt om door te werken, en hij dit feitelijke inkomen mede dient aan te wenden om aan zijn alimentatieverplichting te voldoen. De man heeft niet de vrije keuze om over de bestemming van zijn feitelijk inkomen te beschikken, gezien de alimentatieverplichting jegens zijn ex-partner. In deze zaak ontving de ex-partner nog geen pensioen of een AOW uitkering.
Een naar mijn mening markante uitspraak, daar u de conclusie zou kunnen trekken dat als hij wel echt zou stoppen met werken, zijn ex-partner geen, of veel minder alimentatie, zou ontvangen. Het is geen keuze van de man, zoals de rechtbank het formuleert maar een voldongen feit; de man moet blijven werken om zijn huidige gezin en zijn ex-partner te kunnen betalen.
Gezien de toekomstige vergrijzing in Nederland is dit een situatie die zeker nog vaker aan de orde zal komen.
Heeft u advies nodig bij het berekenen van de partner- en/of kinderalimentatie? Wilt u de alimentatieafspraken laten vastleggen? Of wilt u advies of het mogelijk is om de hoogte van de alimentatie te wijzigen? Neem dan direct contact met mij op.
8 juni 2023
Op 21 april 2023 heeft de Hoge Raad een belangrijke uitspraak gedaan over wijziging van een bepaling in een pensioenregeling over toeslagverlening (prijsindexatie).
Lees meer16 februari 2023
Deze week wees de Rechtbank Rotterdam een vonnis met mogelijk zeer ingrijpende gevolgen voor waardeoverdrachten van pensioen van deelnemers.
Lees meer2 februari 2023
De plannen voor een nieuw pensioenstelsel kennen een lange historie. We kunnen zelfs teruggaan naar de jaren ’90 van de vorige eeuw toen op een pensioenbijeenkomst werd gezegd dat ‘vriend en vijand’ het erover eens zijn dat het stelsel aan hervorming toe is.
Lees meer