Neem telefonisch of per mail contact met ons op voor een vrijblijvende afspraak.
Nee, wij werken niet op basis van toevoeging of gesubsidieerde rechtsbijstand. Meer informatie over gesubsidieerde rechtsbijstand kunt u vinden op Rechtsbijstand.nl
GMW advocaten werkt met uurtarieven. Meer informatie over onze tarieven vindt u hier: Tarieven – GMW advocaten
In mei 2018 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG, of GDPR in het Engels) in werking getreden. De AVG vervangt daarmee de oude EU-privacyrichtlijn en de Wet Bescherming Persoonsgegevens (Wbp).
Het doel van de AVG is het verbeteren van bescherming van persoonsgegevens en de bevordering van het vrije verkeer van gegevens binnen de EU. De Verordening wil daarnaast een hoog beschermingsniveau voor Europese burgers waarborgen. Daarbij worden met name de verantwoordelijkheden voor organisaties die persoonsgegevens verwerken verhoogd. Burgers krijgen er twee vergaande rechten bij: ‘the right to be forgotten’ en het recht op ‘data-portabiliteit’.
De nationale toezichthouder, de Autoriteit Persoonsgegevens (AP), kan boetes aan bedrijven opleggen die de AVG overtreden.
Indien u slachtoffer van een bedrijfsongeval bent, dan kan dat niet alleen gevolgen hebben voor uw arbeidsgeschiktheid, maar vaak lijdt u ook schade door het wegvallen van toekomstig inkomen. Om schade te kunnen verhalen, is het belangrijk dat een goed medisch dossier wordt opgebouwd, op basis waarvan een medisch adviseur kan bepalen wat uw specifieke beperkingen zijn die gevolg zijn van het ongeval. Als er geen minnelijke regeling voor de schade kan worden getroffen, kan er geprocedeerd worden voor de schade bij de rechtbank.
Indien je wordt afgewezen voor een baan of je contract wordt niet verlengd om een discriminatoire reden (vanwege bijvoorbeeld je geloofsovertuiging, geslacht, zwangerschap of seksuele voorkeur) dan kun je de afwijzing voor de rechter aanvechten. De rechter kan vanwege deze onrechtmatige afwijzing een flinke schadevergoeding toewijzen. Ook is het mogelijk om een klacht in te dienen bij het College voor de Rechten van de Mens. Het verdient dus aanbeveling om contact op te nemen met een jurist.
Een concurrentiebeding moet altijd schriftelijk worden aangegaan. Een concurrentiebeding in een tijdelijk contract dat is aangegaan na 1 januari 2015 is in beginsel niet geldig. Dit is alleen anders als specifieke zwaarwegende bedrijfsbelangen bij het concurrentiebeding in dit concrete geval in het beding zijn toegelicht (en ook daadwerkelijk zwaarwegend zijn). Bij contracten voor onbepaalde tijd geldt in principe wat is overeengekomen en is de werknemer gebonden. Wél kan een geldig beding onredelijk belastend of bezwarend zijn. De werknemer kan in dat geval de rechter verzoeken het beding te beperken of op te heffen.
Zieke werknemers hebben gedurende de eerste 2 jaar van hun arbeidsongeschiktheid recht op doorbetaling van salaris. De wet geeft aanspraak op 70%, waarbij het salaris gedurende het eerste ziektejaar niet onder het minimumloon mag uitkomen. Veel arbeidsovereenkomsten en cao’s bepalen dat meer dan deze 70% wordt doorbetaald. Gedurende deze verplichte periode van loondoorbetaling, geldt ook een opzegverbod. Het recht op loon van de werknemer is niet absoluut; de werknemer moet wel meewerken aan re-integratie, bij gebreke waarvan loonsancties kunnen worden opgelegd. Na 2 jaar ziekte eindigt in principe de verplichting tot doorbetaling voor de werkgever, tenzij het UWV oordeelt dat onvoldoende is gedaan aan re-integratie. In dat geval kan de loondoorbetalingsplicht met maximaal 1 jaar worden verlengd. Zodra de verplichting tot loondoorbetaling is vervallen, eindigt ook het opzegverbod.
Bij opzegging of ontbinding van de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever is, zodra de arbeidsovereenkomst 2 jaar heeft geduurd, in beginsel de transitievergoeding verschuldigd. De transitievergoeding bedraagt grofweg 1/6 maandsalaris per half gewerkt dienstjaar. Vanaf 10 jaar dienstverband wordt ¼ maandsalaris per half jaar dienstverband toegekend en voor oudere werknemers die langer dan 10 jaar in dienst zijn, geldt tot 2020 dat ieder gewerkt half jaar boven de leeftijd van 50 voor ½ maandsalaris telt. De transitievergoeding is niet verschuldigd in geval van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer en ook voor kleine werkgevers (met minder dan 25 werknemers) die in financieel zwaar weer verkeren, geldt tot 2020 overgangsrecht. Bij een beëindiging met wederzijds goedvinden (vaststellingsovereenkomst) bestaat geen “recht” op een transitievergoeding, maar zijn partijen vrij om af te spreken wat zij willen.
Er is sprake van onterving indien u op grond van de wet erfgenaam bent, maar bij testament als erfgenaam uitgesloten bent. Soms kunnen onterfden toch nog bepaalde rechten uitoefenen. Kinderen die zijn onterfd, hebben altijd aanspraak op de legitieme portie. Dat is een geldbedrag ter grootte van de helft van wat het erfdeel zou zijn geweest als er niet was onterfd. Een echtgenoot of geregistreerd partner die is onterfd, heeft geen recht op een legitieme portie. Wel heeft deze partner een aantal ‘praktische’ rechten, zoals het recht op tijdelijk voortgezet gebruik van de woning en inboedel of zelfs (voor onbepaalde tijd) het recht van vruchtgebruik van de woning of andere goederen. Indien u onterfd bent, staat u dus niet zomaar met lege handen.
Als erfgenaam kunt u zelf bepalen wat u doet met een nalatenschap (erfenis). U kunt deze verwerpen, zuiver aanvaarden of beneficiair aanvaarden. Door te verwerpen doet u afstand van zowel de baten als de lasten (schulden) van de erfenis. U ontvangt niets, maar bent ook niet aansprakelijk voor schulden.
Met een zuivere aanvaarding accepteert u zowel de baten als de lasten. U erft dan alle bezittingen en schulden. Erfgenamen die jonger zijn dan 18 kunnen de erfenis nooit zuiver aanvaarden. Wees er op bedacht, dat u ook door bepaalde handelingen (zoals in bepaalde gevallen het verkopen van goederen die tot de erfenis behoren) een erfenis zuiver kunt aanvaarden.
Door beneficiair te aanvaarden blijft uw eigen vermogen veilig, ofwel buiten bereik van eventuele schuldeisers van de overledene. De schulden van de overledene worden slechts voldaan als er daartoe middelen zijn in de nalatenschap. Deze aanvaarding vindt meestal plaats als vermoedt wordt dat er meer schulden dan bezittingen zijn.
Erfgenamen die niet verwerpen, zullen gezamenlijk de afwikkeling van de nalatenschap op zich moeten nemen om tot een verdeling van de erfenis te komen.
Een executeur, indien benoemd bij testament, handelt de nalatenschap af. De executeur maakt eerst een boedelbeschrijving, betaalt eventuele schulden en dan kan verdeeld worden. De executeur is dan verantwoordelijk voor de verdere afwikkeling en de erfgenamen zullen bij hem hun aanspraken te gelde moeten maken.
Het is altijd nodig om een advocaat in te schakelen indien een echtscheiding moet worden aangevraagd. Een echtscheiding moet door de rechtbank worden uitgesproken, ook als u het met uw partner over alles eens bent.
Er zijn diverse varianten om de echtscheiding via een advocaat bij de rechtbank aan te vragen; gezamenlijk met één of twee advocaten, via een mediation of “collaborative divorce”, of eenzijdig met een eigen advocaat.
‘Collaborative divorce’ is een vorm van ‘overlegscheiding’ waarbij echtgenoten of partners elk met een eigen advocaat en onder begeleiding van een deskundige tot een regeling proberen te komen. Naast de echtscheiding kunnen ook andere, met de echtscheiding samenhangende, verzoeken bij de rechtbank worden ingediend (kinderregeling, alimentatie, verdeling en/of verrekening, woonrecht, pensioen).
Soms is het mogelijk in het kader van de scheiding afspraken te maken. Het verdient aanbeveling deze vast te leggen in een echtscheidingsconvenant en dat door de rechtbank te laten opnemen in de beschikking.
Meer informatie over echtscheiding vindt u hier: Echtscheiding – GMW advocaten
Of u via een rechtbank in Nederland kan scheiden, hangt af van de woonplaats van uw echtgeno(o)t(e) en/of van uw beider nationaliteit.
Als u en uw echtgeno(o)t(e) beiden de Nederlandse nationaliteit hebben, kunt u in Nederland scheiden, waar ter wereld u ook woont. De rechtbank Den Haag is dan bevoegd.
In het geval één van u niet de Nederlandse nationaliteit heeft, of beiden niet, kunt u nog steeds in Nederland scheiden als uw echtgeno(o)t(e) in Nederland woont.
Voor beide situaties geldt wel als voorwaarde dat de echtscheiding niet eerder in een ander land is aangevraagd. Als dat het geval is, bent u in Nederland te laat met het aanvragen van een scheiding.
Meer informatie over internationale echtscheiding vindt u hier: Internationale echtscheidingen – GMW advocaten
Indien u na, of tijdens, een scheiding onvoldoende eigen middelen heeft om in uw levensonderhoud te voorzien, kan uw (ex-) partner verplicht zijn om partneralimentatie te betalen. Dat geldt bij echtscheiding, ontbinding van een geregistreerd partnerschap of beëindiging van een samenlevingscontract (als daarin een bepaling over betalen van partneralimentatie staat). Het is niet zo dat er bij scheiding altijd alimentatie moet worden betaald.
Meer informatie over partneralimentatie vindt u hier: Partneralimentatie – GMW advocaten
Als de verhuurder het gehuurde aan een derde verkoopt en levert, wordt na levering die derde automatisch verhuurder. Koop breekt dus geen huur. De huur van voor de levering kan in beginsel bevrijdend worden betaald aan de oude verhuurder. De huur die opeisbaar wordt na de overdracht, moet dan worden betaald aan de nieuwe verhuurder. Let wel dat alleen de kernbedingen van de huurovereenkomst overgaan op de nieuwe verhuurder. Als in de huurovereenkomst bijvoorbeeld ook een koopoptie voor de huurder is opgenomen, gaat deze in beginsel niet over op de nieuwe verhuurder.
Voor meer informatie over de (ver)koop van een verhuurde woning wordt verwezen naar dit artikel.
Huurprijzen voor bedrijfsruimten kunnen worden gewijzigd. Er gelden verschillende regels voor 290-bedrijfsruimten (onder meer winkels en horeca) en 230a-bedrijfsruimten (onder meer kantoren). Voor 290-bedrijfsruimten geldt dat de huurprijs kan worden gewijzigd tegen het einde van de overeengekomen huurperiode, of vijf jaar nadat de huurprijs de laatste keer is aangepast. Als partijen er onderling niet uitkomen, dan kunnen zij zich tot de kantonrechter wenden om de huurprijs te laten herzien. Voor 230a-bedrijfsruimten geldt dat de mogelijkheid tot huurprijsherziening afhangt van de afspraken in het huurcontract.
Voor meer informatie over huurprijswijzigingen van bedrijfsruimten wordt verwezen naar dit artikel.
Wanneer de verhuurder een verhuurde woning wil renoveren, kan het zijn dat de huurder tijdelijk moet verhuizen. In dat geval bestaat er geen wettelijke plicht voor de verhuurder om een vervangende woonruimte aan te bieden. Wel bepaalt artikel 7:220 lid 5 BW dat de verhuurder moet bijdragen in de kosten voor de verhuizing van de huurder, als die verhuizing noodzakelijk is in verband met de renovatie. Let wel dat bij de renovatie van een woning niet snel sprake is van een noodzaak om te verhuizen. Enig ongemak dient een huurder te dulden.
Voor meer informatie over renovatie van woonruimten wordt verwezen naar dit artikel.
Als de verhuurder een verhuurde woning dringend zelf nodig heeft, dan kan hij de huurovereenkomst opzeggen op grond van de opzeggingsgrond ‘dringend eigen gebruik’. Voor een geslaagd beroep op deze opzeggingsgrond, dient de verhuurder aan te tonen dat hij de woning dringend zelf nodig heeft voor een eigen gebruik, dat zijn belangen zwaarder wegen dan die van de huurder en dat er voldoende andere passende woonruimten beschikbaar zijn voor de huurder. Als het beroep slaagt, dan kan de huurder doorgaans aanspraak maken op een verhuiskostenvergoeding.
Voor meer informatie over opzegging wegens dringend eigen gebruik wordt verwezen naar dit artikel.
Sommige bedrijven die in financieel zwaar weer komen, lukt het om er weer bovenop te komen of een crediteurenakkoord te organiseren, een ander stopt er definitief mee. Weer anderen besluiten om zich te herstructureren of te reorganiseren, danwel onder een andere naam verder te gaan. Een andere optie is de verkoop van alle of een deel van de bedrijfsactiviteiten, zodat de onderneming in afgeslankte vorm kan worden voortgezet. Dit is een doorstart. Dit kan al dan niet voorafgegaan worden door een faillissement van de oude vennootschap.
Bij een doorstart komen veel juridische aspecten kijken. Zoals de rechten en plichten van werknemers. Hoe gaat u om met schulden? Wat is een reële verkoopprijs? Is er risico op persoonlijke aansprakelijkheid? Het is daarom van het grootste belang om een doorstart goed voor te bereiden, met hulp van experts. Een herstructurering of doorstart is een intensief traject waarbij in korte tijd veel beslissingen genomen moeten worden. Timing is daarbij van groot belang en kennis van zaken is doorslaggevend voor succes.
Uitgangspunt is dat een rechtspersoon voor zijn contracten en acties aansprakelijk is en niet de bestuurder. Omdat een rechtspersoon zelf geen feitelijke handelingen kan verrichten, wordt een bestuur aangesteld. Een bestuurder moet de bestuurstaken ‘behoorlijk’ vervullen. Als de bestuurder dat niet goed doet, kan deze soms persoonlijk aansprakelijk gesteld worden. De hoofdregel is echter dat een bestuurder in privé niet aansprakelijk is voor de verplichtingen en schulden van de vennootschap.
De lat voor persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder ligt hoog: er moet sprake zijn van een ernstig persoonlijk verwijt. Wanneer dat precies aan de orde is, hangt af van de specifieke omstandigheden. Dat kan zijn als een bestuurder een overeenkomst aangaat waarvan hij weet dat de vennootschap die niet kan nakomen of zijn eigen belangen boven die van de vennootschap stelt.
Ook in geval de vennootschap failliet verklaard wordt, bestaat er voor de bestuurder risico op persoonlijke aansprakelijkheid. Bijvoorbeeld als de bestuurder de jaarrekening niet op tijd heeft gedeponeerd of de administratie niet op orde is.
Als werkgever bent u niet verplicht een pensioenregeling aan uw werknemers aan te bieden. Maar vaak valt uw onderneming onder een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds. Dan heeft u geen keuze: u moet premie betalen aan het bedrijfstakpensioenfonds (Bpf) en de werknemers bouwen daar pensioen op. Soms denkt u een keuze te hebben en biedt u geen pensioen aan de werknemers aan, of regelt u pensioen via een pensioenverzekeraar. Maar plots staat dan tóch het bedrijfstakpensioenfonds op de stoep, met het verzoek aan u als werkgever óók aan het Bpf premie te betalen. Voorkomen is beter dan genezen: zorg dat u als werkgever goed laat checken of u onder een verplicht pensioenfonds valt!
U heeft ook een zorgplicht bij wijziging van de pensioenregeling. Heeft u de pensioenregeling ondergebracht bij een pensioenverzekeraar en wilt u de pensioenregeling wijzigen? Denkt u dan aan het instemmingsrecht van de ondernemingsraad en de gewone strenge arbeidsrechtelijke regels bij eenzijdige wijziging. Wijziging van een pensioenregeling kan niet zomaar met een briefje. U heeft ook een vergaande plicht om juiste informatie over (wijziging van) de pensioenregeling aan de werknemers te geven. Dit mogelijk op straffe van aansprakelijkheid van pensioenschade voor verkeerde communicatie.
Een gekochte woning moet de eigenschappen bezitten die de koper op grond van de koopovereenkomst mocht verwachten en die voor een normaal gebruik nodig zijn. Als dat niet het geval is, dan kan de koper onder voorwaarden de verkoper aansprakelijk houden. Dit is sterk afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het geval: onder meer de inhoud van de koopovereenkomst, de mededelingen vanuit de verkoper, de (on)zichtbaarheid van de gebreken en of de koper zelf onderzoek heeft uitgevoerd. Een koper dient tijdig bij de verkoper te klagen over verborgen gebreken. (Pas) dan kan de koper jegens de verkoper (rechts)maatregelen treffen.
Voor meer informatie over verborgen gebreken wordt verwezen naar dit artikel.
Als een vergadering van een Vereniging van Eigenaren (VvE) zich bij het nemen van besluiten niet aan de regels houdt, kan het besluit nietig of vernietigbaar zijn. Een besluit is nietig als het wordt genomen in strijd met de bepalingen uit de wet, de splitsingsakte of het splitsingsreglement. Een besluit is vernietigbaar als het niet op de voorgeschreven wijze tot stand is gekomen, niet redelijk is of in strijd is met het huishoudelijk reglement. Een nietig besluit wordt geacht nooit te hebben bestaan. Een vernietigbaar besluit dient via een (verzoekschrift)procedure te worden vernietigd. Let op: een procedure tot vernietiging van een besluit dient binnen één maand aanhangig te worden gemaakt!
Voor meer informatie over nietige en vernietigbare VvE-besluiten wordt verwezen naar dit artikel.
Wanneer een groep van personen schade heeft geleden (ook wel massaschade genoemd), is een collectieve actie tegen de schadeveroorzakende partij mogelijk. Een speciaal voor dat doel opgerichte stichting of een vereniging kan namens de gehele groep optreden. Op die manier hoeven niet alle personen zelf een rechtszaak te starten, maar kan in een grote zaak voor alle partijen schadevergoeding worden gevorderd. De stichting kan ook een regeling treffen met degene die de schade heeft veroorzaakt. De rechter kan die regeling algemeen verbindend verklaren, zodat die regeling voor alle getroffen personen geldt. Deze manier van collectieve afwikkeling van massaschade in Nederland is uniek in de wereld. Ook buitenlandse partijen of gedupeerden komen daarom naar Nederland om hier een schadeclaim af te wikkelen.
Voordeel van een groepsactie is dat de kosten van rechtsbijstand kunnen worden gedeeld door de groepsleden en dat de groep als een eenheid naar buiten treedt. Samen sta je sterk. Bekende voorbeelden van groepsclaims zijn de woekerpolis, aandelenlease en het VW-dieselschandaal.
Door medici gemaakte beroepsfouten kunnen leiden tot schade. U moet echter wel kunnen aantonen dat de arts niet zorgvuldig gehandeld heeft. Deze bewijslast is zwaar. Het is daarom van belang dat u hulp zoekt bij experts, zoals een schade-advocaat. De advocaat zal u, in samenspraak met een medisch expert, helpen bij het verhalen van de schade. Indien geen minnelijke regeling voor de schade getroffen kan worden, zal een klacht kunnen worden ingediend bij het Medisch Tuchtcollege en mogelijk moet er geprocedeerd worden voor de schade bij de rechtbank.