Het wijzigen van een huurprijs is in principe mogelijk.
Er moet echter een onderscheid worden gemaakt tussen huurprijswijzigingen in de geliberaliseerde huursector en de sociale huursector.
Art. 7:249 BW
In de geliberaliseerde huursector zijn er twee mogelijkheden om de huurprijs te wijzigen. Ten eerste kan sprake zijn van een indexeringsclausule in de huurovereenkomst. Dit betekent dat de huurprijs wordt verhoogd met een percentage genoemd in de huurovereenkomst. Dit is in beginsel voor ten hoogstens één keer per jaar. Het percentage waarmee de huurprijs wordt verhoogd, is niet gebonden aan een door de overheid te bepalen maximum. De verhuurder hoeft niet vooraf aan de huurder mede te delen dat de huurprijs wordt verhoogd.
Nieuwe huurovereenkomst
Een tweede mogelijkheid is dat de verhuurder een nieuwe huurovereenkomst aan de huurder aanbiedt, waarin een andere huurprijs wordt genoemd. Als de huurder niet instemt met dit voorstel van de verhuurder, dan kan de verhuurder de huurovereenkomst om die reden opzeggen. Tenzij de huurder akkoord gaat met de opzegging, moet de verhuurder naar de rechter met het verzoek de huurovereenkomst te beëindigen. De rechter zal toetsen of hij het voorstel van de nieuwe huurovereenkomst redelijk vindt. Indien dit het geval is, wordt de huurovereenkomst beëindigd en moet de huurder de woning verlaten. De rechter kan echter ook oordelen dat het voorstel onredelijk is en de huurovereenkomst in stand wordt gelaten.
Redelijkheid van de huurprijs
De huurder van een woning in de geliberaliseerde huursector kan binnen zes maanden na aanvang van de huurovereenkomst de huurcommissie verzoeken uitspraak te doen over de redelijkheid van de huurprijs. Indien het gaat om een huurovereenkomst van twee jaar of korter, kan de huurder tevens het verzoek tot toetsing doen binnen zes maanden na het einde van de huurovereenkomst.
Art. 7:249-255 BW
De huurovereenkomst in de sociale huursector kan ook een indexeringsclausule bevatten, waardoor de huurprijs jaarlijks kan worden verhoogd. De overheid stelt echter een maximum vast voor het percentage waarmee de huurprijs kan worden verhoogd. Tevens kan de verhuurder binnen de eerste twaalf maanden van de huurovereenkomst een voorstel tot huurverhoging doen aan de huurder.
Er zijn echter wel voorwaarden verbonden aan dit voorstel en de huurder kan bezwaar maken. Als de woning is verbeterd en de huurder heeft hiervoor toestemming gegeven, kan de verhuurder ook een huurverhoging voorstellen. Ook tegen dit voornemen kan de huurder bezwaar maken.
In beide gevallen kan het huurvoorstel worden voorgelegd aan de huurcommissie als partijen er onderling niet uitkomen. De huurcommissie beoordeeld dan de voorgestelde huurverhoging. Indien de huurcommissie de huurverhoging terecht vindt, moet de huurder met terugwerkende kracht de huurverhoging betalen. In alle bovenstaande gevallen mag de uiteindelijke huurprijs nimmer boven de maximale huurprijs komen die geldt in de sociale huursector, welke wordt vastgesteld door de overheid.
Toetsing door huurcommissie
De huurder kan ook het initiatief nemen om de huurprijs te verlagen. Daarbij geldt, net als bij geliberaliseerde huur, dat de huurder binnen zes maanden na ingang van de huurovereenkomst de huurprijs kan laten toetsen door de huurcommissie. Indien het gaat om een huurovereenkomst van twee jaar of korter, kan de huurder tevens het verzoek tot toetsing doen binnen zes maanden na het einde van de huurovereenkomst. Naast de mogelijkheid tot toetsing van de huurprijs, kan de huurder gedurende de gehele huurperiode een voorstel tot huurverlaging doen aan de verhuurder. Indien de verhuurder niet akkoord is met de huurverlaging, kan de huurder zich wenden tot de huurcommissie.
Ons team van ervaren huurrecht advocaten staat voor u klaar.
Heeft u een vraag of wilt u juridisch advies? Neem gerust contact met ons op.
"*" geeft vereiste velden aan
28 november 2023
Huurprijsherziening bedrijfsruimte
Een van de belangrijkste onderdelen van een huurovereenkomst is de huurprijs. Na verloop van tijd kan het zo zijn dat de huurprijs niet meer marktconform is.
Lees meer
Lees meer over21 november 2023
In hoeverre is het hoofdverblijf bij contractuele medehuur verplicht?
In de meeste huurovereenkomsten voor woonruimte is opgenomen dat het houden van hoofdverblijf in het gehuurde verplicht is.
Lees meer
Lees meer over16 november 2023
Voortzetting huurovereenkomst na overlijden huurder
In het geval een huurder van een woonruimte komt te overlijden, dan eindigt de huurovereenkomst in beginsel na verloop van twee maanden.
Lees meer
Lees meer over7 november 2023
Hoge inflatie met forse huurprijsstijging tot gevolg is geen onvoorziene omstandigheid
Aan het voortkabbelend bestaan van huurprijsindexeringsbedingen lijkt dit jaar een einde te zijn gekomen.
Lees meer
Lees meer over19 september 2023
Verhuurders opgelet: huurprijsindexering onder omstandigheden buiten toepassing!
(Update 5 oktober 2023) De Rechtbank Amsterdam wees op 3 augustus 2023 een opmerkelijk vonnis met betrekking tot de huurprijsverhoging van woonruimtes.
Lees meer
Lees meer over26 juli 2023
De Wet Goed Verhuurderschap (WGV)
Op 1 juli 2023 is de Wet Goed Verhuurderschap (‘WGV’) in werking getreden. Het doel van de WGV is om ongewenste verhuurpraktijken te voorkomen en tegen te gaan. Het gedrag van verhuurders en verhuurbemiddelaars is daarbij centraal gesteld.
Lees meer
Lees meer over18 juli 2023
De Wet vaste contracten
Op 16 mei 2023 is het Wetsvoorstel vaste contracten aangenomen door de Tweede Kamer. Het Wetsvoorstel beoogt tijdelijke huurcontracten voor woonruimten, in de zin van artikel 7:271 lid 1 BW, af te schaffen.
Lees meer
Lees meer over6 juni 2023
Robotadvocaat
In Amerika is een ‘robot lawyer’ op de markt gebracht. Een app met juridische informatie die het inschakelen van een advocaat overbodig zou maken. ‘Fight corporations’, ‘find hidden money’, ‘beat bureaucracy’. Dat is wat de robot kan en wil. ‘Sue everybody,’ is het dringende advies.
Lees meer
Lees meer over23 mei 2023
Aanneming van werk
Er is sprake van een aanneemovereenkomst als de ene partij, de aannemer, zich jegens de andere partij, de opdrachtgever, verplicht om tegen betaling van een geldsom een werk op te leveren.
Lees meer
Lees meer over